Examples of using "Verrai" in a sentence and their dutch translations:
Ik zie je morgen.
- Ik zie u later, oké?
- Ik zie jullie later, oké?
- Ik zie je later, oké?
Ik zie morgen mijn oom.
Ik hoop haar te zien.
Ik zal haar niet meer zien.
Ik zie haar vanavond.
Ik zie haar morgenvroeg.
- Ik zie hem morgennamiddag.
- Ik zie hem morgenmiddag.
Ik zie jullie later, oké?
- Tot morgen.
- Tot morgen!
- We zien elkaar morgen.
Ik zie je morgen in de bibliotheek.
- Tot morgen in de bibliotheek.
- Ik zie je morgen in de bibliotheek.
Ik zie jullie in Korea!
- Tot morgen.
- Tot morgen!
Ik zie je morgenochtend om negen uur.
Met deze ogen zal ik bergen zien branden.
Ik hoop haar te zien.
Ik zal hem morgen zien.
- Tot later.
- Ik zie je later.
Ik zal pas zeker zijn wanneer ik dat met mijn eigen ogen zie.
Ik zal hem morgen zien.
- Tot morgen in de bibliotheek.
- Ik zie je morgen in de bibliotheek.