Examples of using "Rompu" in a sentence and their dutch translations:
Ik had het uitgemaakt met mijn vriendin.
Waarom zijn jullie uit elkaar gegaan?
Het stel verbrak hun verloving.
Tom en Mary zijn vorige week uit elkaar gegaan.
Het paard brak zijn nek toen het viel.
- Hij heeft zijn belofte gebroken.
- Hij heeft zijn woord gebroken.
Hij was kwaad op mij omdat ik het had uitgemaakt.
Het stel verbrak hun verloving.
- Ik heb hem niet gebroken.
- Ik heb hem niet kapotgemaakt.
- Ik heb het uitgemaakt met Tom.
- Het is uit met Tom.
- Tom en ik zijn uit elkaar.
- Ik maakte het uit met Tom.
We zijn uit elkaar gegaan.