Examples of using "Portugal" in a sentence and their dutch translations:
Hoe zit het met Portugal?
zichzelf tot koning van Portugal te kronen.
Ik kom uit Portugal.
Ik ben in Portugal.
Portugal is geen uitzondering.
Lissabon is de hoofdstad van Portugal.
Wat was de eerste hoofdstad van Portugal?
Wat was de eerste hoofdstad van Portugal?
Woon je in Portugal of Brazilië?
Portugal heeft het bezit van verdovende middelen voor persoonlijk gebruik gedecriminaliseerd.
In 1810 voegde hij zich bij maarschalk Masséna voor de invasie van Portugal, maar hij had er een diepe hekel aan
de Britten en Portugezen Soult en verdreven hem Portugal uit met zwaar verlies aan manschappen en voorraden.