Translation of "Piscine" in Dutch

0.005 sec.

Examples of using "Piscine" in a sentence and their dutch translations:

- Je suis tombé dans la piscine.
- Je suis tombée dans la piscine.

Ik ben in het zwembad gevallen.

Il nage dans la piscine.

- Hij zwemt in het zwembad.
- Hij is in het zwembad aan het zwemmen.

Je vais à la piscine.

Ik ga naar het zwembad.

Nous allons à la piscine.

We gaan naar het zwembad.

Nous n'avons pas de piscine.

We hebben geen zwembad.

Je veux aller dans la piscine.

Ik wil in het zwembad gaan.

Cet hôtel n'a pas de piscine.

Dit hotel heeft geen zwembad.

L'eau de la piscine est froide.

Het zwembadwater is koud.

La piscine intérieure est accessible toute l'année.

In het binnenzwembad kan het hele jaar door gezwommen worden.

Ils ont décidé de vider la piscine publique

lieten ze het openbare zwembad leeglopen,

- En été, je vais à la piscine tous les jours.
- Durant l'été, je vais tous les jours à la piscine.

's Zomers ga ik elke dag naar het zwembad.

En été, je vais à la piscine tous les jours.

's Zomers ga ik elke dag naar het zwembad.

La fille qui nage dans la piscine est ma cousine.

Het meisje dat in het zwembad zwemt is mijn nicht.

Fabien, tu viendras avec nous samedi après-midi à la piscine ?

Fabien, kom je zaterdagnamiddag met ons mee naar het zwembad?

Tom avait la seule piscine de la ville avec un plongeoir.

Tom was de enige in de stad die een zwembad met een duikplank had.

La piscine est utilisée en commun par tous les enfants du voisinage.

Het zwembad wordt gemeenschappelijk gebruikt door alle kinderen in de buurt.

Tom est en train de nager dans la piscine avec ses enfants.

Tom is met zijn kinderen in het zwembad aan het zwemmen.

Les enfants de moins de treize ans ne sont pas admis dans cette piscine.

Kinderen onder de dertien jaar mogen dit zwembad niet in.