Examples of using "Bleues" in a sentence and their dutch translations:
Jouw lippen zijn blauw.
Jouw lippen zijn blauw.
Zijn rozen blauw?
Hij heeft altijd een blauw hemd aan.
De blauwe rozen zijn erg mooi.
Haar blauwe schoenen passen goed bij deze jurk.
Deze bloem is geel en de andere zijn blauw.
De blauwe lijnen op de kaart stellen rivieren voor.
De bloem is geel en de andere zijn blauw.
Tom droeg een rooskleurig vlinderdasje met blauwe bloempjes.
Fosfor voedt de cyanobacteriën (blauwalgen), die zich vermeerderen en gifstoffen afscheiden.