Examples of using "Pies" in a sentence and their dutch translations:
Er waren twee taarten.
Jij bakt heerlijke taarten.
Tom heeft drie taarten gebakken.
Wie heeft alle taarten opgegeten?
Hou je van appeltaart?
Mijn moeder bakt ons vaak appeltaarten.
In Groot-Brittanniƫ wordt met Kerstmis traditioneel mincepie gegeten.
Hou je van appeltaart?