Translation of "Parijs" in Russian

0.024 sec.

Examples of using "Parijs" in a sentence and their russian translations:

- Ze is in Parijs.
- Zij is in Parijs.
- Ze zit in Parijs.
- Zij zit in Parijs.

Она в Париже.

- Ben je in Parijs?
- Bent u in Parijs?
- Zijn jullie in Parijs?

- Вы в Париже?
- Ты в Париже?

Waar is Parijs?

- Где находится Париж?
- Где Париж?

- Parijs gaf zich over in 1940.
- Parijs viel in 1940.

Париж пал в 1940 году.

Hij vloog naar Parijs.

Он улетел в Париж.

Parijs viel in 1940.

Париж пал в 1940 году.

Hij vertrok naar Parijs.

Он отправился в Париж.

Ik ben in Parijs.

Я в Париже.

We waren in Parijs.

Мы были в Париже.

Het sneeuwt in Parijs.

В Париже идёт снег.

Ik was in Parijs.

- Я был в Париже.
- Я была в Париже.

Zijn ze in Parijs?

Они в Париже?

Ik ga naar Parijs.

Я еду в Париж.

Ze komt uit Parijs.

Она из Парижа.

Hij komt uit Parijs.

Он из Парижа.

- Ben je al eens in Parijs geweest?
- Ben je ooit in Parijs geweest?
- Ben je ooit naar Parijs geweest?

- Вы когда-нибудь были в Париже?
- Вы уже бывали в Париже?
- Ты был когда-нибудь в Париже?
- Бывал ли ты в Париже?

- Morgen komt hij in Parijs aan.
- Morgen komt hij aan in Parijs.

Завтра он приедет в Париж.

- Hij gaat volgende maand naar Parijs.
- Hij vertrekt volgende maand naar Parijs.

Он уезжает в Париж в следующем месяце.

- Ben je nooit naar Parijs geweest?
- Bent u nooit naar Parijs geweest?

Вы никогда не были в Париже?

De Seine loopt door Parijs.

Сена течёт через Париж.

We zijn in Parijs geweest.

Мы были в Париже.

Ze is naar Parijs geweest.

Она бывала в Париже.

Hij hoopt Parijs te bezoeken.

Он надеется побывать в Париже.

Ik vertrek naar Parijs morgen.

- Завтра я отправляюсь в Париж.
- Я завтра уезжаю в Париж.

Ik kom uit Parijs, Frankrijk.

Я из Парижа, Франция.

Morgen ga ik naar Parijs.

Завтра я поеду в Париж.

De Eiffeltoren is in Parijs.

- Эйфелева башня находится в Париже.
- Эйфелева башня в Париже.

Ik wilde in Parijs wonen.

Я хотел жить в Париже.

Het is niet ver van Parijs.

До Парижа недалеко.

Parijs is de hoofdstad van Frankrijk.

Париж - столица Франции.

Parijs is wel een mis waard.

Париж стоит мессы.

De hoofdstad van Frankrijk is Parijs.

Столица Франции - Париж.

Mijn zus werkt niet in Parijs.

Моя сестра не работает в Париже.

Ik zou graag in Parijs studeren.

Я бы хотел учиться в Париже.

Ik ben nooit in Parijs geweest.

Я никогда не был в Париже.

Tweemaal ben ik in Parijs geweest.

- Я был в Париже дважды.
- Я был в Париже два раза.
- Я была в Париже два раза.

Dit keer is Parijs mijn doel.

На этот раз моя цель - Париж.

Volgende maand ga ik naar Parijs.

В следующем месяце я еду в Париж.

Bent u nooit naar Parijs geweest?

Вы никогда не были в Париже?

Ben je ooit in Parijs geweest?

Ты был когда-нибудь в Париже?

Wanneer ben je naar Parijs gekomen?

Когда ты приехал в Париж?

Ik zou moeten naar Parijs rijden.

- Мне надо поехать в Париж.
- Мне надо съездить в Париж.

Parijs gaf zich over in 1940.

Париж капитулировал в 1940.

Haar droom is om Parijs te bezoeken.

Её мечта — съездить в Париж.

Dit is de kortste route naar Parijs.

Это самый короткий путь в Париж.

Ik bezocht Parijs een lange tijd geleden.

Когда-то давно я побывал в Париже.

Is dit uw eerste conferentie in Parijs?

Это ваша первая конференция в Париже?

Ik was in Parijs met mijn vrouw.

- Я был в Париже со своей женой.
- Я был в Париже с моей женой.

Eind augustus hebben de geallieerden Parijs ingenomen.

В конце августа силы союзников захватили Париж.

Ze wonen sinds een jaar in Parijs.

Они уже год живут в Париже.

Er zijn veel nieuwe straten in Parijs.

В Париже много новых улиц.

En naar Parijs verhuisd voor mijn eerste baan.

переехала в Париж и впервые устроилась на работу.

Is het waar dat ge naar Parijs gaat?

- Это правда, что ты едешь в Париж?
- Это правда, что ты собираешься в Париж?

Ze ging naar Parijs om kunst te studeren.

Она поехала в Париж, чтобы изучать искусство.

Hij ging naar Parijs om Frans te studeren.

- Он отправился в Париж для того, чтобы изучать французский.
- Он поехал в Париж, чтобы учить французский язык.

Parijs is de mooiste stad van de wereld.

Париж - самый красивый город на свете.

Er zijn veel dingen te zien in Parijs.

В Париже есть много чего посмотреть.

Ze ging voor de eerste keer naar Parijs.

Она ездила в Париж впервые.

Morgen ga ik met de auto naar Parijs.

- Завтра я собираюсь в Париж на автомобиле.
- Я завтра еду на машине в Париж.

Mijn oom die in Parijs woont kwam langs.

Мой дядя, который живёт в Париже, приехал меня навестить.

"Waar kom jij vandaan?" "Ik kom uit Parijs."

«Откуда ты?» — «Я из Парижа».

- Uw broer heeft mij gezegd dat ge naar Parijs geweest zijt.
- Je broer zei dat je naar Parijs was gegaan.

Твой брат сказал, что ты уехала в Париж.