Translation of "Kerel" in German

Goed gedaan, kerel!

Gute Arbeit, mein Kleiner!

Tom is een sympathieke kerel.

- Tom ist ein sympathischer Kerl.
- Tom ist ein angenehmer Typ.

Hij is geen slechte kerel.

Er ist kein schlechter Kerl.

- Die kerel is knettergek!
- Die gozer is compleet geschift!
- Die kerel is compleet getikt!

- Der Typ ist total bescheuert!
- Bei dem Typ ist eine Schraube locker!

Deze kerel is een absolute dwaas.

Diese Kerl ist ein absoluter Dummkopf.

Ze werden verliefd op dezelfde kerel.

Sie verliebten sich in denselben Kerl.

Je bent een behoorlijk domme kerel.

Du bist eine richtige Dumpfbacke.

Stephen Colbert is een tamelijk gekke kerel.

- Stephen Colbert ist ein ziemlich verrückter Kerl.
- Stephen Colbert ist ein ganz schön verrückter Kerl.

- Wie is deze kerel?
- Wie is deze vent?

Wer ist dieser Typ?

- Die kerel ergert mij.
- Die vent ergert mij.

- Dieser Typ nervt mich.
- Dieser Typ geht mir auf die Nerven.

- Wie is die kerel?
- Wie is die vent?

- Wer ist dieser Kerl?
- Wer ist der Typ?
- Wer ist dieser Typ?

Ik heb geen idee wat die kerel denkt.

Ich hab keine Ahnung, was der Kerl sich denkt.

- Hij is geen slechte kerel.
- Hij is geen slechterik.

Er ist kein schlechter Kerl.

- Hij is een goeierik.
- Hij is een goede kerel.

Er ist ein guter Kerl.

Hij is niet meer de vrolijke kerel die hij was.

Er ist nicht mehr der fröhliche Kerl, der er mal war.

- Bedankt, maat!
- Dank je wel, makker!
- Dank je wel, kerel.

Danke, Kumpel!

- Bedankt, vriend!
- Bedankt, maat!
- Dank je wel, makker!
- Dank je wel, kerel.

Danke, Kumpel!

- Je was toch niet met die getatoeëerde kerel getrouwd die ze geboeid hebben meegenomen?
- Je was toch niet getrouwd met die getatoeëerde kerel die ze in handboeien hebben meegenomen?

Du warst doch nicht mit dem tätowierten Typ verheiratet, den sie in Handschellen mitnahmen?

- Soms kan hij een vreemde jongen zijn.
- Soms kan hij een rare kerel zijn.

Manchmal kann er ein seltsamer Junge sein.

- Hij is een goed mens.
- Hij is een goeierik.
- Hij is een goede kerel.

Er ist ein guter Mensch.

- Die vent is helemaal gestoord!
- Die kerel is knettergek!
- Die gozer is compleet geschift!
- Die vent is helemaal kierewiet!
- Die kerel is compleet getikt!
- Er zit een schroefje los bij die vent!

Er hat eine Schraube locker.

- Je bent een goede kat.
- Je bent een goede kerel.
- Je bent een goede vent.

Du bist eine gute Katze.

Wat je ook tegen die kerel zegt, het is vergeefs, dus ik bemoei me er helemaal niet meer mee.

Was du diesem Kerl auch sagst, ist vergebens, also mische ich mich schon gar nicht mehr ein.

- Die kerel is knettergek!
- Er zit een schroefje los bij die vent!
- Die gast is niet goed bij zijn hoofd!

Er hat eine Schraube locker.

- Die vent is helemaal gestoord!
- Die kerel is knettergek!
- Die gozer is compleet geschift!
- Die vent is helemaal kierewiet!
- Die kerel is compleet getikt!
- Er zit een schroefje los bij die vent!
- Die gast is niet goed bij zijn hoofd!
- Die vent ziet ze vliegen!

Er hat eine Schraube locker.

- Die vent is helemaal gestoord!
- Die kerel is knettergek!
- Die gozer is compleet geschift!
- Die vent is helemaal kierewiet!
- Die kerel is compleet getikt!
- Er zit een schroefje los bij die vent!
- Die gast is niet goed bij zijn hoofd!
- Die vent ziet ze vliegen!
- Hij ziet ze vliegen.

- Der Typ ist völlig wahnsinnig!
- Der Typ ist völlig verrückt!
- Der Typ ist total bescheuert!
- Bei dem Typ ist eine Schraube locker!
- Er hat eine Schraube locker.
- Der Typ ist total verrückt!
- Er ist nicht ganz klar im Kopf.
- Bei ihm ist im Kopf eine Schraube los.

„Oké, dus gister heb ik die kerel ontmoet die ik kende van het internet.” „Die ene Tom waar je het altijd over hebt?” „Ja, die ja.” „En? Hoe was het?” „Hij was niet zo knap als ik had gehoopt.”

„Gestern habe ich mich zum ersten Mal mit einem Freund, den ich im Internet kennengelernt habe, getroffen.“ – „Ah, mit diesem Tom, von dem du immer redest?“ – „Ja, genau!“ – „Und wie war’s?“ – „So gutaussehend, wie ich erwartet hatte, war er gar nicht.“