Translation of "Welk" in French

- Welk is uw telefoonnummer?
- Welk is je telefoonnummer?

- Quel est votre numéro de téléphone ?
- C'est quoi ton numéro de téléphone ?
- Quel est ton numéro de téléphone ?
- Quel est votre numéro de téléphone ?

- En met welk doel?
- En tot welk doeleinde?

Et, à quelles fins ?

- Welk woordenboek gebruik je vaak?
- Welk woordenboek gebruikt u vaak?
- Welk woordenboek gebruiken jullie vaak?

Quel dictionnaire utilisez-vous souvent ?

- Welk boek heb je nodig?
- Welk boek hebt u nodig?
- Welk boek hebben jullie nodig?

- De quel livre avez-vous besoin ?
- De quel livre as-tu besoin ?

- Uit welk land kom je?
- Uit welk land komt u?
- Uit welk land komen jullie?

- De quel pays viens-tu ?
- De quel pays viens-tu ?

- Welk boek is van u?
- Welk boek is van jou?

Lequel est ton livre ?

- Welk team is het onze?
- Welk team is van ons?

Quelle équipe est la nôtre ?

- Uit welk land kom je?
- Uit welk land komt u?

- De quel pays viens-tu ?
- De quel pays tu viens ?
- De quel pays viens-tu ?
- De quel pays venez-vous ?

Welk team zal winnen?

Quelle équipe va gagner ?

Welk boek is beter?

Quel livre est le meilleur ?

Welk jaar is het?

En quelle année sommes-nous ?

Welk dier is klein?

Quel animal est petit ?

Welk is je telefoonnummer?

Quel est ton numéro de téléphone ?

Welk boek lees je?

Quel livre lis-tu ?

Welk team heeft gewonnen?

Quelle équipe a gagné ?

Welk is uw telefoonnummer?

Quel est votre numéro de téléphone ?

- In welk land ben je geboren?
- In welk land bent u geboren?
- In welk land zijn jullie geboren?

- Dans quel pays es-tu né ?
- Dans quel pays es-tu née ?
- Dans quel pays êtes-vous né ?
- Dans quel pays êtes-vous nés ?
- Dans quel pays êtes-vous nées ?
- Dans quel pays êtes-vous née ?

- Voor welk voedsel ben je allergisch?
- Voor welk voedsel bent u allergisch?
- Voor welk voedsel zijn jullie allergisch?

- À quels aliments es-tu allergique ?
- À quels aliments êtes-vous allergique ?
- À quels aliments êtes-vous allergiques ?

- In welk land ben je geboren?
- In welk land bent u geboren?

- Dans quel pays es-tu née ?
- Dans quel pays êtes-vous née ?
- Dans quel pays es-tu né ?
- Dans quel pays êtes-vous né ?

Op welk perron naar Boston?

Quelle voie pour Boston ?

Welk team zal waarschijnlijk winnen?

Quelle équipe est-elle susceptible de gagner ?

Welk bestand is het juiste?

Quel est le bon fichier ?

Welk deel is niet vertaald?

Quelle partie n'a pas été traduite ?

Uit welk land kom je?

- De quel pays viens-tu ?
- De quel pays viens-tu ?

Welk weer was het gisteren?

Quel temps a-t-il fait hier ?

Welk kleed ziet ge graag?

Quelle jupe aimes-tu ?

Ik zei niet welk land.

Je n'ai pas dit quel pays.

In welk land ligt Boston?

Dans quel pays se situe Boston ?

Welk boek is van jou?

Lequel est ton livre ?

Welk merk sigaretten rookt u?

Quelle marque de cigarettes fumez-vous ?

In welk seizoen zitten we?

En quelle saison sommes-nous ?

- Welk cadeau wilt u voor Kerstmis krijgen?
- Welk cadeau wil je voor Kerstmis krijgen?
- Welk cadeau willen jullie voor Kerstmis krijgen?

- Quel cadeau aimeriez-vous recevoir pour Noël ?
- Quel cadeau aimerais-tu recevoir pour Noël ?

Welk type sport vind je leuk?

Quel type de sport apprécies-tu ?

Eender welk kind kan dat beantwoorden.

N'importe quel enfant peut répondre à ça.

Welk team zal de wedstrijd winnen?

Quelle équipe gagnera la partie ?

Welk team heeft de wedstrijd gewonnen?

Quelle équipe l'a emporté ?

Uit welk station vertrekt de trein?

De quelle gare part le train ?

Welk merk heb je het liefst?

Quelle marque préfères-tu ?

Met welk doel zijt ge hier?

- Dans quel but viens-tu ici ?
- À quelle fin venez-vous ici ?

In welk jaar bent u geboren?

En quelle année êtes-vous né ?

Welk is uw lievelingsprogramma op tv?

Quel est ton programme télé préféré ?

Naar welk strand wil je gaan?

À quelle plage aimes-tu aller ?

Welk is het dichtst bevolkte werelddeel?

Quel est le continent le plus peuplé au monde ?

In welk land bent u geboren?

- Dans quel pays êtes-vous né ?
- Dans quel pays êtes-vous nés ?
- Dans quel pays êtes-vous nées ?
- Dans quel pays êtes-vous née ?

Voor welk voedsel bent u allergisch?

- À quels aliments êtes-vous allergique ?
- À quels aliments êtes-vous allergiques ?

Op welk perron bevindt het zich?

À quel quai se trouve-t-il ?

Welk fruit hebt ge het liefst?

Quels fruits préfères-tu ?

Welk onlinewoordenboek gebruik je het meest?

Quel dictionnaire en ligne emploies-tu le plus ?

Welk wasmiddel kunt u mij aanbevelen?

Quelle lessive pouvez-vous me recommander ?

Voor welk voedsel ben je allergisch?

À quels aliments es-tu allergique ?

- "Tom is een schurk." - "In welk opzicht?"
- "Tom is een slechte mens." - "In welk opzicht?"

« Tom est une mauvaise personne. » « À quel égard ? »

Dus, welk signaal moeten we nu maken?

Quel signal doit-on faire ?

We willen weten welk deeltje het is.

On aimerait savoir quelle particule c'est,

Welk een verrassing u hier te zien!

Quelle surprise de te voir ici !

Welk verband is er tussen die twee?

Quel rapport y a-t-il entre les deux ?

"Dit gesprek heeft nooit plaatsgevonden." - "Welk gesprek?"

« Cette conversation n'a jamais eu lieu. » « Quelle conversation ? »

Welk antwoord heb jij bij vraag 3?

Tu as mis quelle réponse pour la question trois ?

Welk van de twee is het duurst?

Quel est le plus cher des deux ?

- In welk land kreeg u als kind uw inentingen?
- In welk land kreeg je als kind je inentingen?

- Dans quel pays avez-vous reçu vos vaccins lorsque vous étiez enfant ?
- Dans quel pays as-tu reçu tes vaccins lorsque tu étais enfant ?

- Welk team zal winnen?
- Welke ploeg zal winnen?

Quelle équipe va gagner ?

Welk voedsel eet men meestal met rode wijn?

- Quels sont les aliments qu'on mange habituellement avec du vin rouge ?
- Quels sont les aliments que tu manges habituellement avec du vin rouge ?

Welk verschil is er tussen A en B?

Quelle est la différence entre A et B ?

Welk nummer moet ik bellen in geval van nood?

Quel numéro dois-je appeler en cas d'urgence ?

Het maakt niet uit welk team de wedstrijd wint.

Peu importe quelle équipe gagne le match.

- Welk beroep oefent gij uit?
- Wat is uw beroep?

- Quelle profession exercez-vous ?
- Quel est votre emploi ?