Translation of "Aardappel" in English

Ze schilt de aardappel.

She is peeling the potatoes.

Ik ben een aardappel.

I am a potato.

- Hou een aardappel voor mij over.
- Red een aardappel voor mij.

Save a potato for me.

Haring smaakt lekker met aardappel.

Herring tastes good with potatoes.

Ik hou ook van aardappel cakes.

- I love Spanish omelettes, too!
- I love potato cakes, too.

Zijn neus lijkt op een aardappel.

His nose looks like a potato.

Wanneer is de aardappel ingevoerd in Japan?

- When were potatoes introduced into Japan?
- When was the potato introduced into Japan?

Maria gooide een aardappel uit het raam.

Mary threw a potato through the window.

De aardappel was zo heet dat hij mijn mond verbrandde.

The potato was so hot that it burned my mouth.

De tweede gang heeft kikkererwten, kip, vlees, worst en aardappel.

The second course has chickpeas, chicken, meat, sausage and potato.