Examples of using "Yakınlarda" in a sentence and their dutch translations:
- Ze wonen vlakbij.
- Ze wonen in de buurt.
- Ze wonen dichtbij.
Er is een vrouwtje in de buurt.
Er blaft een hond in de buurt.
Woont Tom in de buurt?
Er is een bloemenwinkel in de buurt.
Is er hier ergens een winkelcentrum?
Eens kijken, volgens de tracker... ...is Dana beslist niet ver.
Is er een ziekenhuis dichtbij?