Translation of "Oğluna" in Dutch

O, oğluna kızmıştı.

- Hij was razend op zijn zoon.
- Hij was boos op zijn zoon.

Onun oğluna ne oldu?

Wat is er van haar zoon geworden?

Arada sırada oğluna yazar.

Zij schrijft nu en dan naar haar zoon.

Oğluna bir dakika beklemesini söyledi.

Zij vroeg haar zoon een minuut te wachten.

O, oğluna bir servet bıraktı.

Hij liet zijn zoon een fortuin na.

Oğluna büyük bir servet bıraktı.

Hij heeft een fortuin nagelaten aan zijn zoon.

Biz onun oğluna Jimmy diyoruz.

We noemen zijn zoon Jimmy.

O, zaman zaman oğluna yazar.

Zij schrijft nu en dan naar haar zoon.

Oğluna artık kızımı taciz etmemesini söyle.

Zeg tegen uw zoon dat hij mijn dochter niet meer lastig moet vallen!

O, oğluna yeni bir ev inşa etti.

Hij bouwde voor zijn zoon een nieuw huis.

Tom, üç yaşındaki oğluna Noel için bir köpek yavrusu verdi.

- Tom gaf zijn driejarige zoon een puppy met Kerstmis.
- Tom gaf zijn driejarige zoon een puppy met kerst.