Examples of using "Oldu" in a sentence and their dutch translations:
Het is al laat.
"Bonjour."
Alsjeblieft.
...heeft ze het gered.
Wat gebeurd is, is gebeurd.
Het is laat.
Het ging viraal.
Het gebeurde.
Hij werd beroemd.
Wat is er gebeurd?
Ik ben verkouden.
Waar is het gebeurd?
Het is op deze manier gebeurd.
Het is alweer zaterdag.
Waarom is dit gebeurd?
...binnen onze politieke organisatie.
dieren werden mogelijk.
in handelszaken.
nederlaag te veroorzaken .
- Wat is er eigenlijk gebeurd?
- Wat gebeurde er eigenlijk?
Wat is er van je hond geworden?
Hé, wat is er gebeurd?
Dit is toevallig gebeurd.
De droom is werkelijkheid geworden.
De jongen werd gelukkig.
Waar is het ongeluk gebeurd?
Wat is hier gebeurd?
Tom was gechoqueerd.
- Tom was er kapot van.
- Tom was ontroostbaar.
Wat is er met jou gebeurd?
- Waarom is dit gebeurd?
- Waarom gebeurde dit?
- Lang niet gezien.
- Lang niet gesproken!
Hij werd blind.
Ze werd gelukkig.
- Hij is rijk geworden.
- Hij werd rijk.
Er is iets gebeurd.
Onze dromen zijn werkelijkheid geworden.
Tom schoor.
Hoe is dat gebeurd?
Het is op deze manier gebeurd.
Tom was razend.
Wat is er met Tom gebeurd?
Wat was het?
Wat is er dan gebeurd?
Iedereen is geschokt.
- Ons plan is mislukt.
- Ons plan heeft gefaald.
- Ons plan mislukte.
- Ons plan faalde.
Tom bood zich aan.
Tom studeerde af.
Tom heeft gefaald.
- Waarom? Wat klopt er dan niet?
- Waarom? Wat is er dan mis?
Het is bijna 12 uur.
Tom werd nerveus.
Het is drie dagen geleden.
Er is veel gebeurd.
Tom ging met pensioen.
Ze werd zwanger.
Hij werd beroemd.
Het is beter geworden.
Het is hem gelukt.
Het is echt gebeurd.
- Wat is er met je voet gebeurd?
- Wat is er met uw voet gebeurd?
Tom werd blind.
Hij schoor zich.
Wat is er in hemelsnaam net gebeurd?
Hij werd secretaris.
- Wie gaf zich over?
- Wie heeft zich overgegeven?
Tom gaf zich over.
Tom zweeg.
Tom werd ongemakkelijk.
Het is jaren geleden.
Wat is er het eerst gebeurd?
Hij is snel rijk geworden.
Het faalde.
De boot kapseisde.
Ze heeft een verkoudheid.
Hoe is het ongeval gebeurd?
Waar zijn je manieren?
Het gerucht bleek waar te zijn.
Wat is er met hem gebeurd?
Hij kon zijn tong wel afbijten.
Hij werd ongerust.