Translation of "Tuyos" in Dutch

0.002 sec.

Examples of using "Tuyos" in a sentence and their dutch translations:

¿Estos son tuyos?

Zijn deze van u?

Mis zapatos son más grandes que los tuyos.

Mijn schoenen zijn groter dan die van jullie.

—¿Y quiénes eran esos 25? —preguntó Al-Sayib— ¿Amigos tuyos?

- "En wie waren nou die 25?" vroeg Al-Sayib. "Vrienden van je?"
- "En wie waren die 25?" vroeg Al-Sayib. "Vrienden van jou?"

- Eso no es asunto tuyo.
- Eso no te importa.
- Esos no son problemas tuyos.

- Dat gaat je niks aan.
- Dat zijn jouw zaken niet.
- Dat gaat je niets aan.