Examples of using "Distinguir" in a sentence and their dutch translations:
je vrij gemakkelijk uitzoeken.
Kun je zilver onderscheiden van tin?
Kan je de tweelingen uit elkaar houden?
Het is gemakkelijk om goed van kwaad te onderscheiden.
Honden kunnen kleuren niet onderscheiden.
om het onkruid van de planten te onderscheiden.
Kan jij boter van margarine onderscheiden?
Ik kan hem en zijn broer niet uit elkaar houden.
Tom kon de tweeling niet uit elkaar houden.
en correlatie en causaliteit te onderscheiden.
Je moet de kleuren leren identificeren.
Ik kan Bill en zijn broer nooit uit elkaar houden.
Het is moeilijk echt van nep te onderscheiden.
Soms zijn tweelingen moeilijk van elkaar te onderscheiden.
Het is moeilijk om goed van fout te onderscheiden.
Honden kunnen kleuren niet onderscheiden.
Hij kan groen en blauw niet uit elkaar houden.
Het is moeilijk waarheid van leugen te onderscheiden.
Een dier kan waar en vals niet onderscheiden.
Realiteit en fantasie zijn moeilijk te onderscheiden.
Het is niet altijd makkelijk om Japanners en Chinezen uit elkaar te houden.
Eerst was dat frustrerend. Zo moeilijk te onderscheiden.
Een dier kan waar en vals niet onderscheiden.
Het is niet altijd makkelijk om Japanners en Chinezen uit elkaar te houden.
- Ik kan een kikker en een pad niet uit elkaar houden.
- Ik kan een kikker niet van een pad onderscheiden.
Het is moeilijk onderscheid te maken tussen “goed” en “niet goed”, maar je moet het doen.
Je moet je tong leren om goede koffie van slechte te onderscheiden.
Af en toe is het moeilijk realiteit van fantasie te onderscheiden.
De tweeling is zo gelijkend dat het bijna onmogelijk is de ene van de andere te onderscheiden.
- Kun je zilver en tin uit elkaar houden?
- Kunt u zilver en tin uit elkaar houden?
- Kunnen jullie zilver en tin uit elkaar houden?
Ik ben kleurenblind. Ik kan rood niet van groen onderscheiden.
De tweeling is zo gelijkend dat het bijna onmogelijk is de ene van de andere te onderscheiden.
Het is moeilijk te zeggen wat goed is en wat niet, maar toch moet het.