Translation of "Pueden" in Dutch

0.009 sec.

Examples of using "Pueden" in a sentence and their dutch translations:

- Pueden irse.
- Pueden marcharse.

- Jullie mogen vertrekken.
- Zij mogen vertrekken.

Pueden verse picudos, pueden verse suaves.

Ze kunnen er stekelig uitzien en glad.

- Ellos pueden ayudar.
- Ellas pueden ayudar.

Zij kunnen helpen.

pueden imaginar

stel je dan voor

Ustedes pueden.

Kom op, je kunt het.

¿Pueden ayudarnos?

Kunnen jullie ons helpen?

Pueden ir.

- Ze mogen gaan.
- Ze kunnen gaan.
- Zij kunnen gaan.
- Zij mogen gaan.

¿Pueden perdonarme?

- Kunnen jullie me vergeven?
- Kunnen ze me vergeven?

¿Pueden ayudarme?

Kunt u me helpen?

- No pueden pararla.
- Ellas no pueden detenerla.

- Ze kunnen haar niet tegenhouden.
- Ze kunnen haar niet stoppen.

Nos pueden acercar a ella, la pueden restaurar.

ze kunnen ons er dichterbij brengen, ze herstellen.

- ¿Pueden estornudar los elefantes?
- ¿Los elefantes pueden estornudar?

Kunnen olifanten niezen?

- Podéis iros.
- Pueden irse.
- Podéis marcharos.
- Pueden marcharse.

- Jullie mogen gaan.
- U mag gaan.

Vamos, ustedes pueden.

Kom op, je kunt het.

No pueden pararte.

Zij kunnen u niet tegenhouden.

Ellos pueden ayudar.

Zij kunnen helpen.

No pueden pararla.

- Ze kunnen haar niet tegenhouden.
- Ze kunnen haar niet stoppen.

- Las avestruces no pueden volar.
- Los avestruces no pueden volar.

Struisvogels kunnen niet vliegen.

No pueden hacerlo más.

je kunt het niet meer.

Y se pueden comer.

Je kunt ze eten...

Pero pueden seguir alimentándose.

Maar ze kunnen zich wel blijven voeden.

Pero otros pueden sentirlo.

Maar andere merken het wel.

Los perros pueden nadar.

Honden kunnen zwemmen.

- Podéis creerme.
- Pueden creerme.

- Jullie kunnen me geloven.
- Jullie mogen me geloven.

Pueden superar su miedo.

Ze kunnen hun angst overwinnen.

Ellos pueden hablar inglés.

Zij kunnen Engels spreken.

Todos ellos pueden conducir.

Ze kunnen allemaal rijden.

Todos pueden cometer errores.

Iedereen kan fouten maken.

Ellos tampoco pueden oírme.

Ook zij kunnen me niet horen.

Ellos no pueden trabajar.

Ze kunnen niet werken.

- ¿Podéis perdonarme?
- ¿Pueden perdonarme?

Kunnen jullie me vergeven?

¿Los conejos pueden nadar?

Kunnen konijnen zwemmen?

- Puede creerme.
- Pueden creerme.

- Jullie kunnen me geloven.
- Jullie mogen me geloven.

- ¿Crees que los peces pueden oír?
- ¿Creés que los peces pueden oír?

Denk jij dat vissen kunnen horen?

- ¿Dónde me pueden arreglar el reloj?
- ¿Dónde me pueden arreglar mi reloj?

Waar kan men mijn horloge herstellen?

¡Comienza la aventura! Ustedes pueden.

Laat het avontuur beginnen. Kom op, je kunt het.

Estos escorpiones pueden ser mortales.

Deze schorpioenen kunnen behoorlijk dodelijk zijn.

Y pueden perder una extremidad.

Mensen verliezen ledematen door tetanus.

Y estos niños pueden recordarlo.

en deze kinderen kunnen dat.

No se pueden mantener erguidos.

Ze kunnen zichzelf niet rechtop houden.

No se la pueden robar.

heeft ze beveiliging tegen diefstal,

Pueden matar a un guepardo.

Ze kunnen een jachtluipaard doden.

Pueden ver claramente la bioluminiscencia.

Ze kunnen de bioluminescentie duidelijk zien.

Los elefantes apenas pueden ver.

De olifanten kunnen amper zien.

Y lo pueden ver aquí.

En je zag het hier.

No todos pueden ser artistas.

Niet iedereen kan kunstenaar zijn.

¿Cuán pronto pueden ser enviados?

Hoe gauw kunnen ze worden geleverd?

¿Todos los pájaros pueden volar?

Kunnen alle vogels vliegen?

¿Los perros pueden comer pescado?

Mogen honden vis eten?

Las embarcaciones se pueden hundir.

Boten kunnen zinken.

Las avestruces no pueden volar.

Struisvogels kunnen niet vliegen.

¿Pueden las plantas sentir dolor?

Kunnen planten pijn voelen?

Los avestruces no pueden volar.

Struisvogels kunnen niet vliegen.

Los fantasmas pueden poseer personas.

Spoken kunnen mensen bezitten.

¿Me pueden dar una mordida?

- Mag ik een hapje?
- Kan ik een hapje nemen?
- Mag ik een hapje nemen?

Si pueden, vengan con nosotros.

Als jullie kunnen, kom met ons mee.

Ellos no te pueden detener.

Ze kunnen je niet tegenhouden.

- Los gatos pueden ver en la oscuridad.
- Los gatos pueden ver cuando está oscuro.

Katten kunnen in het donker zien.

Pueden cambiar de escuela... normalmente abandonan.

Zij veranderen soms van school, meestal haken ze af.

Ya que no se pueden medir.

omdat je ze niet kan meten.

Recuerden, es su aventura. Ustedes pueden.

Dit is jouw avontuur. Je kunt het.

Significa que pueden saltar y atacarlos.

...hebben ze de kracht om vooruit te stoten en aan te vallen.

Aquí pueden verla en más detalle.

Hier zie je meer detail.

Todas estas cosas se pueden medir.

Al deze dingen kunnen worden gemeten.

Cuando ya no pueden comer más,

Zodra ze niets meer op kunnen...

Pero no pueden ver dónde exactamente.

...maar ze zien niet precies waar.

Pueden formar cuernos en su cabeza.

Hoorns op hun kop krijgen.

Las drogas pueden arruinar tu vida.

Drugs kunnen je leven verpesten.

¿Se pueden comer las ostras crudas?

- Kan je rauwe oesters eten?
- Kunt u rauwe oesters eten?
- Kunnen jullie rauwe oesters eten?

No todos los pájaros pueden volar.

Niet alle vogels kunnen vliegen.

¿Crees que los peces pueden oír?

Denkt ge dat vissen kunnen horen?

Tengo muchos amigos que pueden ayudarme.

Ik heb veel vrienden die me kunnen helpen.

No todos pueden ser los primeros.

Niet iedereen kan de eerste zijn.