Examples of using "офисе" in a sentence and their dutch translations:
Zij is op kantoor.
De meubels in dit kantoor zijn zeer modern.
De meubels in dit kantoor zijn zeer modern.
Maria is alleen op haar kantoor.
en gingen ze in ons kantoor luidop lezen
Tom wacht op ons in zijn kantoor.
Tom en Mary werken in hetzelfde kantoor.
- Ik wil je iets laten zien in mijn bureau.
- Ik wil je iets laten zien in mijn kantoor.
- Ik wil u iets laten zien in mijn kantoor.
- Ik wil jullie iets laten zien in mijn kantoor.
De heer Tanaka is op het ogenblik niet op zijn kantoor.
De man die je gisteren in mijn kantoor zag komt uit België.
Ik wil over 20 minuten iedereen op mijn kantoortje hebben.