Examples of using "заснуть" in a sentence and their dutch translations:
Het duurde lang tot ik in slaap viel.
Tom probeerde weer te gaan slapen.
Ik kon niet in slaap komen.
Koffie houdt me wakker.
Doe het licht uit. Ik kan niet in slaap komen.
Ik was zo opgewonden dat ik niet in slaap kon vallen.
Hij kon niet slapen vanwege het lawaai buiten zijn raam.
Ik had iets langer nodig dan gewoonlijk om in te slapen.
Koffie houdt me wakker.
Wat bedoel ik als ik zeg dat het Westen ervoor koos om te gaan slapen?
- Ik kon niet in slaap raken.
- Ik kon niet in slaap komen.
Ik was zo opgewonden dat ik niet in slaap kon vallen.
We kunnen niet slapen vanwege het lawaai.
- We kunnen niet slapen vanwege het lawaai.
- We kunnen door het lawaai niet slapen.