Examples of using "Viver" in a sentence and their dutch translations:
Leven en laten leven.
Ik wil leven.
Tom wilde leven.
Ik wil niet leven.
Gaat hij het overleven?
Zonder jou kan ik niet leven.
Zonder jou kan ik niet leven.
Men moet eten om te leven, niet leven om te eten.
Leven is een moeilijke kunst.
Ik kan zo niet leven.
We eten om te leven.
Ik eet om te leven.
Ik kan zo niet leven.
In de stad wonen is niet hetzelfde als op het platteland wonen.
We kunnen niet leven zonder lucht.
We kunnen niet in eenzaamheid leven.
En wel honderd jaar worden.
Mayuko kan het alleen leven niet aan.
Het is onmogelijk op dat eiland te wonen.
In Japan wonen is duur.
Laten we het leven samen beleven!
Ik wil niet alleen leven.
Ik wil in Italië leven.
Ik kan leven zonder water.
Zonder jou kan ik niet leven.
Zonder tv kan ik niet leven.
- Ik kan zo niet leven.
- Ik kan niet op die manier leven.
Ik leefde jaren op legerplaatsen.
Zij is eraan gewend alleen te leven.
Ik wil in een kasteel wonen.
Dichters kunnen niet leven zonder liefde.
Zonder zuurstof kun je niet leven.
We kunnen niet leven zonder lucht.
Ik kan niet leven zonder Tom.
Mensen kunnen niet eeuwig leven.
Ik heb geleerd te leven zonder haar.
Ik heb niets om voor te leven.
Ik zou eender waar kunnen wonen.
Ik leef niet graag alleen.
We kunnen niet leven zonder eten.
Hoe kan je zonder varkensvlees leven?
Het is niet goed voor haar om alleen te wonen.
Als er geen water was, kon er niets leven.
Dichters kunnen niet leven zonder liefde.
Hij zal niet zo lang meer leven.
Mensen kunnen niet op Mars leven.
Ze is gewend aan een leven in eenzaamheid.
Leven in de stad beviel haar niet.
Zonder tv kan ik niet leven.
Mensen kunnen niet eeuwig leven.
Vissen kunnen buiten het water niet leven.
We hebben een huis nodig om in te wonen.
Werk om te leven, leef niet om te werken.
Ik heb altijd al in een ander land willen wonen.
Alleen daarom is het leven de moeite waard.
Ik leef om te eten; ik eet niet om te leven.
Mensen kunnen niet eeuwig leven.
...moet je leven zoals de meerderheid.
We eten om te leven, we leven niet om te eten.
Een muildier kan meer dan vijftig jaar oud worden.
Ik kan niet op die manier leven.
Zonder zon zouden we niet kunnen leven.
Ik wil in Boston wonen.
We moeten iets hebben waar we voor leven.
Het is beter rijk te leven, dan rijk te sterven.
Ik wil in Boston of in Chicago wonen.
Ik wil alleen maar gewoon en gelukkig leven, zonder problemen.
Om te leven heb ik niet meer nodig dan ik heb.
Ik begon te wennen aan het wonen in de Verenigde Staten.
We eten om te leven, we leven niet om te eten.
- Ik wil in Italië wonen.
- Ik wil in Italië leven.
Het was nooit de bedoeling dat mensen eeuwig zouden leven.
We hebben allen lucht en water nodig om te leven.