Examples of using "Visito" in a sentence and their dutch translations:
Ik ga vaak bij hem op bezoek.
Ik bezoek mijn grootmoeder twee keer per week.
Ik bezoek hem om de twee dagen.
Ik bezoek soms de huizen van mijn vrienden.
Ik bezoek met tussenpozen het huis van mijn vriend.