Examples of using "Resolver" in a sentence and their dutch translations:
Heb je het probleem kunnen oplossen?
Heb je het probleem kunnen oplossen?
- Hij kon het probleem oplossen.
- Hij was in staat het probleem op te lossen.
Hoe kan ik dit probleem oplossen?
- Hij probeerde het probleem op te lossen.
- Hij heeft geprobeerd het probleem op te lossen.
We hebben problemen om op te lossen.
Wij kunnen dit probleem niet oplossen.
Heb je het probleem kunnen oplossen?
We moeten hier nu een oplossing voor vinden.
Hij kon het probleem gemakkelijk oplossen.
Kunnen jullie het raadsel oplossen?
Dit is de beste manier op dat probleem op te lossen.
Hij kon het probleem gemakkelijk oplossen.
Is het gemakkelijk voor mij om dit probleem op te lossen?
Ik heb geprobeerd dat probleem op te lossen, maar het ging niet.
Hij kon het probleem gemakkelijk oplossen.
Dick probeerde het probleem tevergeefs op te lossen.
Hij kon het probleem gemakkelijk oplossen.
Deze problemen zullen in de nabije toekomst worden opgelost.
Tom vertelde me dat hij een paar dingen moest regelen.
Ze proberen het conflict niet echt op te lossen meer, beheer het gewoon.
De wetenschap heeft nog niet alle levensproblemen opgelost.
De eerste stap bij het oplossen van een probleem is te beseffen dat dit bestaat.
De beste methode op iets op te lossen is soms de eenvoudigste.