Examples of using "Piscina" in a sentence and their dutch translations:
We hebben geen zwembad.
We hebben geen zwembad.
- Hij zwemt in het zwembad.
- Hij is in het zwembad aan het zwemmen.
Ik ben in het zwembad gevallen.
Is er iemand in het zwembad?
Dit zwembad is geopend voor het publiek.
Er waren niet veel mensen in het zwembad.
Het zwembadwater is koud.
Tom kocht een huis met zwembad.
Het zwembad is onder de vloer verborgen.
Hee jij daar! Niet rennen bij het zwembad!
Dit zijn de gebruiksregels van het zwembad.
Kinderen onder de dertien jaar mogen dit zwembad niet in.