Translation of "Consegui" in Dutch

Consegui.

Hebbes.

- Eu consegui entrar.
- Consegui entrar.

Het is mij gelukt om binnen te komen.

- Eu não consegui dormir.
- Não consegui pegar no sono.
- Não consegui adormecer.

- Ik kon niet in slaap raken.
- Ik kon niet in slaap komen.

Consegui fazê-lo.

Het is me gelukt.

- Eu não consegui dormir.
- Não consegui pegar no sono.

Ik kon niet in slaap raken.

Pronto, já consegui sair.

Nu zit ik erop.

Consegui terminar o trabalho.

Het is me gelukt het werk af te maken.

Consegui uma câmera nova.

Ik heb een nieuwe camera.

Apesar disso, eu consegui.

- Desondanks ben ik erin geslaagd.
- Ondanks dat, is het mij toch gelukt.

Eu não consegui dormir.

Ik kon niet slapen.

Eu não consegui anotar.

Ik kon het niet opschrijven.

- Eu consegui responder à todas as perguntas.
- Consegui responder todas as perguntas.

Ik kon alle vragen beantwoorden.

Não consegui parar de rir.

Ik kon niet stoppen met lachen.

Eu não consegui consertar isso.

Het lukte me niet om dat te repareren.

Eu consegui um bom livro.

Ik heb een goed boek.

Eu consegui chegar lá a tempo.

Het is me gelukt om er op tijd te komen.

Não consegui descobrir nada sobre isso.

Ik heb daar niets over kunnen ontdekken.

Eu não consegui ver quem era.

Ik kon niet zien wie het was.

Eu praticamente o consegui de graça.

Ik heb het praktisch gratis gekregen.

- Eu não consegui dormir por causa do calor.
- Não consegui dormir por causa do calor.

Door de warmte kon ik niet slapen.

Consegui. Já a tenho, vamos a isto.

Hebbes. Ik heb hem. Zo.

Não consegui encontrar isso em lugar nenhum.

Ik kon het nergens vinden.

Fiquei tão furioso que não consegui falar.

Ik was zo kwaad dat ik niet in staat was om te praten.

Tentei resolver o problema, mas não consegui.

Ik heb geprobeerd dat probleem op te lossen, maar het ging niet.

Não consegui encontrá-lo. Não estava na toca.

Ik zag haar niet. Ze was niet in haar hol.

Eu não consegui anotar a placa do carro.

Ik heb het nummer van de auto niet kunnen noteren.

Não consegui te ligar; o telefone estava quebrado.

Ik kon je niet bellen. De telefoon was kapot.

Vamos lá. Temos o pau, vamos prendê-la. Consegui.

We hebben de stok, we pinnen hem vast. Hebbes.

No final desta semana, eu finalmente consegui uma folga.

- Ik zal deze week eindelijk wat verlof kunnen nemen.
- Ik heb voor deze week eindelijk wat verlof gekregen.

Eu procurei por horas, mas não consegui encontrá-lo.

Ik zocht urenlang, maar kon het niet vinden.

Eu não consegui fazer que me entendessem em francês.

Ik kon mezelf niet verstaanbaar maken in het Frans.

Eu tentei de novo e de novo, mas não consegui.

- Ik bleef maar proberen, maar het lukte maar niet.
- Ik probeerde het keer na keer, maar ik kon het niet voor elkaar krijgen.

O café estava tão quente que eu não consegui tomá-lo.

De koffie was zo heet, dat ik hem niet kon drinken.

- Não consegui achar minhas chaves.
- Eu não pude encontrar as minhas chaves.

Ik kon mijn sleutels niet vinden.

Depois de infinitas repetições, consegui entender a pronúncia dos sons nasais em português.

Na oneindige herhalingen was ik in staat de uitspraak van de nasale klanken in het Portugees te begrijpen.

- Por pouco não perdi o trem.
- A muito custo ainda consegui pegar o trem.

Ik heb de trein maar net gehaald.

Eu falei com ele em inglês, mas eu não consegui que ele me entendesse.

Ik sprak hem aan in het Engels maar slaagde er niet in mij verstaanbaar te maken.

- Acho que não fui claro o suficiente.
- Eu acho que não consegui ser claro o bastante.

Ik denk dat ik niet duidelijk genoeg ben geweest.

Eu sei que isto não é exatamente o que você queria, mas é tudo o que eu consegui encontrar.

Ik weet dat dit niet precies is wat je wilde, maar het is alles wat ik kon vinden.

- Para dizer a verdade, eu não consegui terminá-lo a tempo.
- Para dizer a verdade, eu não pude terminá-la a tempo.

Om de waarheid te zeggen, ik heb het niet op tijd af kunnen krijgen.