Examples of using "Setz" in a sentence and their dutch translations:
Ga zitten.
Nee, ga zitten.
- Gaat u zitten.
- Ga zitten!
- Zet u.
- Neem plaats.
- Ga even zitten.
- Zit!
Ga daar zitten.
Nee, ga zitten.
Ga zitten, Kate.
- Zet het op.
- Doe het aan.
Doe je muts op.
Doe je hoed op.
Nee, ga zitten.
Ga zitten waar je wilt.
Ga zitten!
Kom bij ons zitten.
Ga op die stoel zitten, alsjeblieft.
Je kunt op de stoel gaan zitten.
Gaat u maar zitten waar u maar wilt.
Zet u en rust wat.
- Neem plaats.
- Ga zitten.
Ga zitten, alsjeblieft.
Ga zitten alstublieft.
- Doe je hoed op.
- Zet je hoed op.
Zet de ene voet voor de andere, om vooruit te gaan.
Zet u op de bank.
- Ga alsjeblieft hier zitten.
- Ga alstublieft hier zitten.
Ga niet op de bank zitten.
Neem contact op met Tom.
Gaat u zitten.
Gaat u lekker op de bank zitten en maak het uzelf gemakkelijk.
- Wilt u zo vriendelijk zijn te gaan zitten?
- Ga zitten alstublieft.