Translation of "Neuseeland" in Dutch

0.006 sec.

Examples of using "Neuseeland" in a sentence and their dutch translations:

Ich lebe in Neuseeland.

Ik woon in Nieuw-Zeeland.

Ich komme aus Neuseeland.

Ik kom uit Nieuw Zeeland.

In Neuseeland spricht man Englisch.

- Ze spreken Engels in Nieuw-Zeeland.
- Men spreekt Engels in Nieuw-Zeeland.

Sie planen, nach Neuseeland auszuwandern.

Ze zijn van plan om naar Nieuw-Zeeland te emigreren.

Auckland ist eine Stadt in Neuseeland.

Auckland is een stad in Nieuw-Zeeland.

Neuseeland war 80 Millionen Jahre lang isoliert.

Nieuw-Zeeland was 80 miljoen jaar geïsoleerd.

Ich stamme aus Australien, lebe aber jetzt auf Neuseeland.

Ik kom uit Australië, maar ik woon nu in Nieuw-Zeeland.

Ich habe Rick nicht gesehen, seitdem er aus Neuseeland zurück ist.

Ik heb Rik niet gezien sedert hij terug is uit Nieuw-Zeeland.

Ich habe gehört, dass Sie Ihren Urlaub in Neuseeland verbringen wollen.

Ik heb gehoord dat u uw vakantie in Nieuw-Zeeland gaat doorbrengen.