Examples of using "Dicht" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb een snor aan.
Hier wordt het echt dichtbegroeid.
Ik ben mijn winkel aan het sluiten.
De stoel staat dicht bij de deur.
Tussen de opeengepakte bomen is weinig wind.
De winkel stond vol jonge mensen.
We waren bij de molen, dicht bij het hennepveld.
Geen stad in Europa is zo dichtbevolkt als Tokio.
Tom wilde dicht bij de natuur leven.