Examples of using "Rappelles" in a sentence and their dutch translations:
Herinner je je mij nog?
Je doet me denken aan je moeder.
Jij herinnert je de dingen gemakkelijker dan ik.
Kan je het niet meer herinneren wat je hebt gezegd?
Herinner je je mij nog?
- Je doet me denken aan je moeder.
- U doet me denken aan uw moeder.
- Je doet me aan jouw broer denken.
- Je herinnert me aan jouw broer.
Herinner je je die keer dat we samen naar Boston gingen?
- Weet je niet meer wat er gisteren is gebeurd?
- Herinner je je niet wat er gisteren is gebeurd?
Herinner je je mij nog?
Herinner je je dit nog?
Je doet me aan mezelf denken toen ik jouw leeftijd had.
Kan je het niet meer herinneren wat je hebt gezegd?
- Wat herinner je je?
- Wat herinnert u zich?
- Wat herinneren jullie je?
Herinner je je aan niets meer?
Herinner je je die keer dat we samen naar Boston gingen?
- Herinner je je mij nog?
- Ken je me nog?
Weet je nog?
Weet je nog?
Herinner je je mijn naam niet?
Herinner je je nog iets anders?
Herinner je je aan niets meer?
Kan je het niet meer herinneren wat je hebt gezegd?
Ik weet niet of je me nog herinnert, maar we hebben elkaar een paar jaar geleden in Boston ontmoet.
Herinner je je mijn naam niet?