Examples of using "Marchait" in a sentence and their dutch translations:
Hij liep rustig.
- Hij ging snel.
- Hij liep snel.
Hij liep langzaam.
Zij liep langzaam.
Hij liep snel.
Zij liep drie kilometer.
Hij liep voor mij.
Hij liep voor de auto.
Hij liep snel.
Hij wandelde langs de rivier.
Hij wandelde met een stok in de hand.
Het werkte niet.
Als Lisa over velden van diamanten liep,
De tennisser begaf zich op dun ijs, zo te zeggen.
Zij liep drie kilometer.
Om de één of andere reden werkte de microfoon tot nu toe niet.
Hier valt een neushoorn een Indiase dorpeling aan... ...die door een rijstveld loopt.
- Om de een of andere reden werkte de microfoon daarnet niet.
- Om de één of andere reden werkte de microfoon tot nu toe niet.