Examples of using "Dépêchez" in a sentence and their dutch translations:
- Schiet op.
- Opschieten.
Spoed u langzaam!
Schiet op!
Je moet opschieten en een beslissing nemen.
- Schiet alsjeblieft op.
- Schiet alstublieft op.
- Haast u alstublieft!
Haast u voor het diner.
Kom op, opschieten!
Het is aan jou. Maar schiet op en besluit.
Het is al laat. Haast u!
Haast u, anders mist ge de trein.
- Opschieten.
- Schiet eens op.
- Haast je, of je haalt de trein niet.
- Maak voort of je haalt de trein niet.
- Schiet op!
- Haast je.
- Snel!
- Maak voort!
Haast u, of ge mist het middagmaal.
Schiet op, meiden, jullie komen nog te laat.
- Haast je.
- Schiet op.
- Kom als de sodemieter.
Ik heb het onmiddellijk nodig. Schiet alstublieft op!
- Snel, help me!
- Schiet op, help me!
- Snel, help.
- Haast je naar huis.
- Kom snel naar huis.
Schiet op, jongens.
- Kom snel!
- Kom vlug!
Haast u. De trein vertrekt over enkele minuten. We willen hem niet missen.
- Kom vlug!
- Kom snel.
- Kom spoedig.
Schiet eens op.
- Haast je, of je haalt de trein niet.
- Haast u, anders mist ge de trein.
- Maak voort of je haalt de trein niet.
- Schiet op, anders mis je de bus.
- Schiet op, anders mist u de bus.
- Schiet op, anders missen jullie de bus.
- Haast je.
- Schiet op.
Als je opschiet kan je de trein nog halen.
- Schiet op, meisjes.
- Schiet op, meiden.