Examples of using "Error" in a sentence and their dutch translations:
Dat was een onvergeeflijke fout.
Dat is een veelvoorkomende fout.
Ik maakte een typefout.
Waar is de fout opgetreden?
Hoe uit zich de fout?
Er is een interne fout opgetreden.
Iedereen lachte om zijn fout.
Deze fout zou je leven kunnen kosten.
Er zit in foutje in deze zin.
Het probleem met die fout is tweeledig.
Onze excuses voor de fout.
op basis van een fout in een gezichtsherkenningssysteem.
Ik denk dat het gewoon een typefout is en geen grammaticafout.
U heeft een fout gemaakt.
Ik verzeker je dat een fout zoals deze nooit meer zal voorkomen.
De coffeeshop was niet open op zondagochtend. Er was een planningsfout onder het personeel.
Het is een vergissing.
Ik moet toegeven dat de grootste fout in de economie volgens mij is om de economie als een stabiele, onveranderlijke structuur te zien.
Een wiskundige is een man die niet alleen een gedachte begrijpt die aan hem voorgelegd wordt, maar die ook ziet op welke redeneringsfout ze gebaseerd is.