Examples of using "How" in a sentence and their dutch translations:
- Wat raar!
- Hoe vreemd!
Hoe schattig!
Hoeveel?
Hoe saai.
Hoe groot?
Hoe?
Hoe durf je!
Hoe gaat het met jullie?
Hoe lekker!
Hoe gaat het met je?
- Hoe gaat het?
- Hoe gaat het met je?
- Wat geweldig!
- Wonderbaarlijk!
Wat een verschrikking!
- Wat een geluk!
- Bofkont!
- Gelukzak!
Hoe diep?
- Hè, wat irritant!
- Wat irritant!
Hoe romantisch!
- Wat vreemd!
- Hoe vreemd!
Hoeveel?
Wat interessant!
Hoe arrogant!
Wat mooi!
Wat leuk!
- Hoe vreselijk!
- Hoe verschrikkelijk!
Hoe ver?
- Hoe verschrikkelijk!
- Hoe tragisch!
Hoe ontroerend!
- Hoe scherpzinnig!
- Hoe opmerkzaam!
Hoe melodramatisch!
Hoe vernederend!
Hoe spannend!
Wat slim!
Hoe barbaars!
Wat avontuurlijk!
Hoe kan dat?
Hoe walgelijk!
Hoe intuïtief!
Hoe onverantwoordelijk!
Hoe lang?
- Hoe schattig!
- Wat lief!
- Zo schattig!
Wat jammer!
Wat leuk!
Hoe lekker!
Wat absurd!
Hoe groot?
Wat duur!
- Wat lief!
- Hoe lief!
- Schattig!
- Wat triest!
- Hoe triest!
Hoe beschamend!
Wat een snelheid!
Hoe dom!
Wat fascinerend!
- Hoe vreemd!
- Hoe merkwaardig!
Hoe belangrijk?
Hoe rustig!
Hoe onbeschaamd!
Hoe teleurstellend!
Wat vermoeiend!
Wat leuk!
Wat stom!
Wat eng!
Hoeveel?
En hoe!
Wat leuk.