Translation of "Zul" in German

Waar zul je zijn?

Wo wirst du sein?

Wanneer zul je je opdracht afmaken?

Wann wirst du deinen Auftrag beenden?

- Kom je terug?
- Zul je terugkomen?

Wirst du zurückkommen?

- Waar zult ge zijn?
- Waar zul je zijn?

Wo wirst du sein?

Over een paar dagen zul je weer kunnen rennen.

In ein paar Tagen müsstest du wieder laufen können.

Als je nu niet begint, zul je te laat zijn.

Wenn du jetzt nicht anfängst, wirst du zu spät sein.

- Wat je zaait zul je oogsten.
- Men oogst, wat men gezaaid heeft.

- Wie man sich bettet, so liegt man.
- Wie die Saat, so die Ernte.

Over een paar dagen zul je in staat zijn auto te rijden.

In ein paar Tagen werden Sie in der Lage sein, ein Auto zu fahren.

- Ooit zal het u spijten.
- Op een dag zul je hier spijt van hebben.

Eines Tages wird es dir leid tun.

Als je niet weet wat je doel is, zul je het nooit kunnen bereiken.

Wenn du nicht weißt, was dein Ziel ist, wirst du es nie erreichen können.

Daar zul je drie trappen vinden, waarvan er één je naar de uitgang zal leiden.

Du wirst dort drei Treppen vorfinden, von denen eine zum Ausgang führt.

Als je wilt dat dit huwelijk werkt, zul je moeten kiezen tussen tijd met me doorbrengen en de hele tijd werken.

Wenn du willst, dass diese Ehe funktioniert, dann musst du dich entscheiden: entweder verbringst du Zeit mit mir, oder du arbeitest ständig.