Translation of "Debiste" in Dutch

0.005 sec.

Examples of using "Debiste" in a sentence and their dutch translations:

Debiste habérmelo dicho antes.

Je had het me eerder moeten laten weten.

Debiste haber aceptado su consejo.

Je had zijn advies moeten aannemen.

Debiste haber escuchado su advertencia.

- Je had naar haar waarschuwing moeten luisteren.
- Je had naar zijn waarschuwing moeten luisteren.

Me debiste haber dicho ayer.

Je had me dat gisteren moeten vertellen.

Debiste habérmelo hecho saber antes.

Je had het me eerder moeten laten weten.

Debiste haber dicho eso antes.

- Ge hadt dat vroeger moeten zeggen.
- Je had dat eerder moeten zeggen.

Debiste haber dicho la verdad.

- Je had haar de waarheid moeten vertellen.
- Je had de waarheid moeten zeggen.

Debiste haberme contado antes el problema.

Jij had me eerder van het probleem vertellen moeten.

- Deberías haberme escuchado.
- Debiste haberme escuchado.

- Ge hadt naar mij moeten luisteren.
- Je had naar mij moeten luisteren.

debiste de haberme contado la verdad.

Je had me de waarheid moeten zeggen.

- Tú debiste de haberme contado la verdad.
- Deberías haberme contado la verdad.

Je had me de waarheid moeten zeggen.

No tenía idea que no te gustaran los tomates. ¡No puedo adivinar eso! Debiste haberlo dicho antes.

Wist ik veel dat je geen tomaat lust. Dat kan ík toch niet ruiken! Dat had je van tevoren moeten zeggen.