Examples of using "Hecho" in a sentence and their dutch translations:
- Chapeau!
- Bravo!
- Goed gedaan.
Wat gebeurd is, is gebeurd.
Beschouw het als gedaan.
- Je had het kunnen doen.
- U had het kunnen doen.
- Jullie had het kunnen doen.
Wat heb je gedaan?
Goed gedaan, jij.
Wat was je aan het doen?
Wat gebeurd is, is gebeurd.
- Wat heb je vandaag gedaan?
- Wat hebben jullie vandaag gedaan?
Wat gebeurd is, is gebeurd.
Waar woon je eigenlijk?
Wat heb je gedaan?
- Wat hebt ge vandaag gedaan?
- Wat heb je vandaag gedaan?
- Wat heeft u vandaag gedaan?
- Wat hebben jullie vandaag gedaan?
Absoluut, heb ik al gedaan.
...in duigen.
Zo gezegd, zo gedaan.
Wat heeft hij gedaan?
Wat heb ik gedaan?
- Het komt wel goed.
- Komt voor de bakker.
- Komt voor elkaar.
- Ze bakte brood.
- Ze heeft brood gebakken.
Gedaan.
Hoera!
Wat hebben jullie gemaakt?
Dat heb je met opzet gedaan!
Heeft u het zelf gemaakt?
- U hebt niets verkeerds gedaan.
- Je hebt niets verkeerd gedaan.
- Je hebt niets verkeerds gedaan.
Het spijt me dat ik je zo lang heb laten wachten.
Wat gebeurd is, is gebeurd.
Hij kon het voor elkaar krijgen.
Wat hebt ge gedaan deze week?
- Wat heb je gedaan?
- Wat hebben jullie gemaakt?
- Wat waren jullie aan het doen?
- Wat hebben jullie gedaan?
Dit feit bewijst haar onschuld.
Het lijkt op iets wat gemaakt is van reserveonderdelen.
zijn absoluut een feit.
- Ik heb je gemist.
- Ik miste je.
Waar is het van gemaakt?
De schade is aangericht.
Alles is in de as gelegd.
Heb je je huiswerk gedaan?
Hij ontkende dat feit.
- Hij ontkent dat hij dat gedaan heeft.
- Hij ontkent dat hij het gedaan heeft.
Wat heb je de laatste tijd gedaan?
Wat heeft hij vandaag gedaan?
Wat had ik moeten doen?
Het spijt me dat ik je aan het huilen heb gemaakt.
- Gij hebt dat met opzet gedaan!
- Dat heb je met opzet gedaan!
U heeft eigenlijk gelijk.
Wat zou u gedaan hebben?
Je hebt dit expres gedaan!
Heb je dat gedaan?
Heb ik u verwond?
Het spijt me dat ik u heb laten wachten.
- Ik zou het niet gedaan hebben.
- Ik zou dat niet hebben gedaan.
Sterker nog, weet je wat?
- Waar woon je eigenlijk?
- Waar woont gij eigenlijk?
- Goed werk!
- Mooi gedaan!
- Chapeau!
- Bravo!
Wat gebeurd is, is gebeurd.
Dit is een feit.
Ik schaam me dat ik dat gedaan heb.
Het wordt laat.
Het spijt me dat ik je zo lang heb laten wachten.
Ik weet dat hij het gedaan heeft.
Er gebeurt namelijk iets raars.
In feite tonen hun verhalen aan
Ik was er zelfs zo gewend aan geraakt
In feite willen we in sommige gevallen
miljarden, eigenlijk.
Een feit is geen data,
In feite kun je zelfs beweren
Sterker nog: liever niet.
Heeft u het zelf gemaakt?
- Je hebt het gedaan!
- Het is je gelukt!