Examples of using "2001" in a sentence and their dutch translations:
De eenentwintigste eeuw begint in 2001.
Op 11 september 2001
Ik kwam aan in augustus 2001.
De 21ste eeuw begon in 2001.
In 2001 studeerde ik af van de middelbare school
De eenentwintigste eeuw begint in 2001.
"In 2001, toen ik op straat terechtkwam, deed ik veel slechte dingen.
Dat was in 2001, vandaar mijn rimpels.