Examples of using "Cosas" in a sentence and their dutch translations:
Haal je spullen.
Namen, dingen.
Hoeveel dingen heb je gekocht?
- De dingen veranderen.
- De dingen zijn aan het veranderen.
Je beeldt je dingen in.
- Pak je spullen.
- Haal je spullen bij elkaar.
Ik wil mijn spullen.
Ik wil veel dingen.
De dingen veranderen.
Dingen gebeuren.
Tom weet van alles.
Tom ziet dingen.
Haal je spullen.
Hoeveel dingen heb je gekocht?
Ik zal een paar dingen nodig hebben.
Vergeet je spullen niet.
Vergeet je dingen niet.
Maar in feite verdoezelen ze iets anders.
We verzamelden dingen van de staat.
erosie en soortgelijke dingen.
- Vergeet je spullen niet.
- Vergeet je dingen niet.
- Waar zijn je spullen?
- Waar zijn jouw spullen?
- Waar zijn uw spullen?
- Waar zijn jullie spullen?
Ik moet wel dingen zien.
- Dingen gaan stuk.
- Dingen gaan kapot.
Zijn dit jouw dingen?
- Hoe gaat het?
- Hoe gaat het ermee?
- Hoe staan de zaken?
Ik heb dingen te zeggen.
Ik heb mijn spullen al gepakt.
Laat wat dingen los
De dingen zijn aan het veranderen.
- Dit verandert de zaken.
- Dit geeft een ommekeer.
Overeenstemming doet iets kleins groeien, tweedracht richt iets groots ten gronde.
Ik heb veel dingen te doen.
Laat dingen niet half afgemaakt.
Woorden, woorden en meer dingen.
Het zal véél dingen worden.
Ik dacht over veel dingen na,
de dingen die je denkt te weten
Dus doen we verschillende dingen.
Dus moeten we twee dingen doen.
Laat me dat in perspectief plaatsen.
Ze zijn lastig te combineren.
Je verliest namelijk van alles.
Ik begon bijzondere dingen te zien.
Zeg zo geen dwaze dingen.
Neem de dingen zoals ze zijn.
Tom moet dingen uitleggen.
- Het ziet er goed uit.
- Dat ziet er goed uit.
- Het werd vreemd.
- De dingen werden raar.
- Het liep fout.
- Het zijn mijn zaken niet!
- Het gaat mij niet aan!
Pak je spullen en ga.
Ik heb veel dingen te doen.
Ik heb dingen die ik wil doen.
Hoe weet je dit allemaal?
Ik heb te veel te doen.
Ik ben niet goed in het classificeren van dingen.
De dingen veranderen snel.
Al mijn spullen zijn verdwenen.
Hij kan zoiets zeggen.
Er is nog te veel te doen!
Ik heb duizend dingen om te doen.
Ik probeer soms graag iets nieuws uit.
Ik heb morgen dingen te doen.
Om de zaken nog erger te maken, werd hij ziek.
Ik zag geen andere dingen,
zullen we twee dingen moeten doen.
...om moeilijke en diepgaande dingen uit te leggen.
Al deze dingen kunnen worden gemeten.
als ik over mannelijke dingen praat
Ik heb nu veel te doen.
- Je moet geen dingen maar half doen.
- Aan half werk doet u beter niet.
Hij weet veel over dieren.
Tom doet normaal gesproken zulke dingen niet.
Deze dingen gebeuren alleen in Zweden.
- We doen geen halve zaken.
- We doen geen zaken half.
Er zijn wat dingen die ik niet begrijp.
Sommige dingen zijn moeilijk te vertalen.