Examples of using "способен" in a sentence and their dutch translations:
Hij kan vliegen.
Hij is goed in wiskunde.
Hij is tot alles in staat.
Tom is tot alles in staat.
Tom kan mij beschermen.
Die gek is tot alles in staat!
de enige soort die in staat is zijn eigen lot te bepalen.
omdat ijs voor radar doorzichtig is.
Hij kon naar zeven personen tegelijkertijd luisteren.
Ik doe m'n best.
- Je weet waar Tom toe in staat is, toch?
- Jullie weten waar Tom toe in staat is, toch?
Hij kan een mijl lopen in vier minuten.
de kansen op voortbestaan van de hele familie kan vergroten.
en in tegenstelling tot sneeuwval doet regen ijs smelten,
Ik kan dat ook zonder zijn hulp aan.
Ik dacht: "Is dit het hoogste dat ik zal bereiken?"
- Hij is in staat Japans te spreken.
- Hij kan Japans spreken.
Ik had nooit gedacht dat hij zoiets wreeds zou kunnen doen.
Je bent de enige die ons kan helpen.
Tom is de enige hier die dit kan doen.
Ik ken wel Latijn, maar ik kan het helemaal niet spreken.
- Ze heeft iemand nodig die haar kan verstaan.
- Ze heeft iemand nodig die haar kan begrijpen.
Elke student kan die vraag beantwoorden.
Zelfs een kind kan op die vraag antwoorden.