Translation of "заказ" in Dutch

Заказ доставлен.

- De bestelling wordt verzonden.
- De bestelling wordt verstuurd.
- De bestelling is verzonden.
- De order wordt verzonden.

Вот ваш заказ.

Hier is uw bestelling.

- Могу я принять ваш заказ?
- Я могу принять ваш заказ?

Kan ik uw bestelling opnemen?

Вы готовы сделать заказ?

Bent u nu klaar om te bestellen?

- Подтвердите заказ.
- Подтвердите приказ.

Bevestig de bestelling.

Я уже могу сделать заказ?

- Mag ik nu bestellen?
- Kan ik nu bestellen?

Кабели были сделаны на заказ.

De kabels zijn op maat gemaakt.

Официант, я бы хотел сделать заказ.

Ober, ik zou graag willen bestellen.

Нажмите на кнопку, чтобы подтвердить свой заказ.

Klik op de knop om je bestelling te bevestigen.

"Я прекрасно понимаю по-итальянски", — похвасталась она, изучая меню, но когда ей принесли заказ, он оказался совсем не тем, что она ожидала.

"Ik versta perfect Italiaans" pochte zij, terwijl ze een schotel uit het menu koos. Maar toen het eten opgediend werd, was het helemaal niet wat ze verwacht had.