Translation of "Daqui" in Dutch

0.017 sec.

Examples of using "Daqui" in a sentence and their dutch translations:

- Sai daqui.
- Saia daqui.

Maak dat je wegkomt!

- Sai daqui!
- Fora daqui!
- Para fora daqui!
- Rua!

Hoepel op!

- Leve-a daqui.
- Tire-a daqui.
- Tirem ela daqui!
- Tirem-na daqui!

- Zorg dat ze hier weggaat!
- Haal haar hier weg!

- Tirem ela daqui!
- Tire-a daqui!
- Tirem-na daqui!

- Zorg dat ze hier weggaat!
- Haal haar hier weg!

- É longe daqui?
- É distante daqui?
- Fica longe daqui?

- Is het hier ver vandaan?
- Is het ver van hier?

- Você é daqui?
- Vocês são daqui?

Ben je van hier?

- Precisamos sair daqui.
- Deveríamos sair daqui.

We zouden hier weg moeten gaan.

- Você gostou daqui?
- Tu gostaste daqui?

Vond je het hier leuk?

Sai daqui!

- Wegwezen!
- Maak dat je wegkomt!

Some daqui!

Maak dat je wegkomt!

- Eu não sou daqui.
- Não sou daqui.

Ik ben niet van hier.

- Saiam daqui e rápido.
- Saia daqui e rápido.
- Sai daqui e rápido.

Ga weg hier, en snel.

Vamos sair daqui!

We kunnen hier weg.

Você é daqui?

Ben je van hier?

Me tira daqui.

Breng me weg van hier.

Fique longe daqui.

- Blijf hier vandaan.
- Blijf hier weg.

Nós somos daqui.

- Wij zijn van hier.
- We komen hiervandaan.

- Sai daqui!
- Fora!

- Rot op!
- Scheer je weg!
- Ga weg!
- Hoepel op!

Saiam já daqui!

- Ga weg!
- Verdwijn!
- Rot op.
- Wegwezen.

Quantas paradas daqui?

Hoeveel haltes nog?

Eu sou daqui.

Ik kom van hier.

Se afaste daqui.

Ga weg hier.

- O banco é longe daqui?
- O banco fica longe daqui?

Is de bank ver van hier?

Não vai sair daqui.

Nu gaat hij nergens meer heen.

Vamos tirá-la daqui.

Die doen we af.

Saiam daqui! Todos vocês!

Maak dat je hier wegkomt! Ieder van jullie!

Ele mora perto daqui?

- Woont hij in de buurt?
- Woont hij hier in de buurt?

Ela vive perto daqui.

Ze woont vlakbij.

Eu moro perto daqui.

Ik woon hier in de buurt.

Eu não sou daqui.

Ik ben niet van hier.

- Nós conseguimos ouvir o oceano daqui.
- A gente pode ouvir o oceano daqui.
- Daqui nós podemos ouvir o mar.
- Dá para ouvir o oceano daqui.

Men kan vanaf hier de oceaan horen.

- Ela mora a algumas quadras daqui.
- Ela mora a alguns quarteirões daqui.

Zij woont enkele blokken hier vandaan.

- Qual a distância daqui a Ueno?
- Quão longe é daqui até Ueno?

Hoe ver is het van hier naar Ueno?

- Pode-se ver o Monte Fuji daqui.
- Podemos ver o Monte Fuji daqui.
- Dá para ver o monte Fuji daqui.

Men kan van hieruit de Fuji zien.

Tenho de ser retirado daqui.

Ik moet worden geëxtraheerd.

Tenho de conseguir descer daqui.

Ik moet een weg naar beneden vinden.

Daqui vamos para o interior.

Vanaf hier gaan we het binnenland in.

Meu apartamento fica perto daqui.

Mijn appartement is niet ver van hier.

O hospital fica perto daqui.

Het ziekenhuis is hier dichtbij.

É longe daqui pra Tóquio.

Het is ver van hier naar Tokio.

Tom tem de sair daqui.

Tom moet hier wegwezen.

O correio é perto daqui.

De post is hier dichtbij.

Qual é a distância daqui?

Hoe ver is het van hier?

- Sai daqui!
- Cai fora!
- Vá embora!
- Fora!
- Se manda!
- Afaste-se!
- Cai fora daqui!

- Rot op!
- Scheer je weg!
- Ga weg!
- Hoepel op!
- Weg!
- Onder mijn ogen uit!
- Wegwezen!
- Weg van hier!
- Verdwijn!
- Lazer op!
- Rot op.
- Maak dat je wegkomt!
- Donder op.
- Loop weg!
- Maak dat jullie wegkomen.
- Maak dat u wegkomt!
- Ga weg hier.

Pode não parecer muito, visto daqui,

Net lijkt misschien niet veel... ...van onderaf...

A torre pode ser vista daqui.

- De toren is zichtbaar vanaf hier.
- De toren kan vanaf hier gezien worden.

O seu colégio fica longe daqui?

Is je school ver hiervandaan?

- Sai daqui!
- Cai fora!
- Se manda!

- Rot op.
- Wegwezen.
- Donder op.
- Hoepel op.

O CEP daqui é 14080-000.

De postcode hier is 14080-000.

Estarei livre daqui a dez minutos.

Over tien minuten ben ik vrij.

- Saia!
- Saia daqui!
- Fora!
- Sai.
- Saiam!

- Scheer je weg!
- Ga weg!
- Hoepel op!
- Weg!
- Buiten!
- Onder mijn ogen uit!
- Wegwezen!
- Weg van hier!
- Verdwijn!
- Lazer op!
- Maak dat je wegkomt!
- Eruit!
- Donder op.
- Kom eruit.
- Weg met jou!
- Scheer je weg.
- Maak dat u wegkomt!
- Ga weg hier.

Há cidades com festivais perto daqui?

Zijn er hier steden met festivals in de buurt?

Meu apartamento não fica longe daqui.

Mijn appartement is hier niet ver vandaan.

A minha casa é longe daqui.

Mijn huis is ver van hier.

Quais são os lugares turísticos daqui?

Wat zijn hier de toeristische plekken?

- Sou o único daqui que fala francês?
- Eu sou o único daqui que fala francês?

Ben ik de enige hier die Frans spreekt?

E para onde vamos a partir daqui?

En hoe gaan we er verder mee om?

Mas, agora, é altura... ... de sairmos daqui.

Maar nu is het tijd... ...dat we hier wegkomen.

A perspetiva que tenho daqui é perfeita.

Deze boom is een perfect uitkijkpunt.

Certo, vamos sair daqui. O que achaste?

We halen je hier weg. Wat vind je daarvan?

Vamos sair daqui e continuar a procurar.

Laten we wegwezen en blijven zoeken.

- Sai daqui!
- Cai fora!
- Fora!
- Se manda!

- Scheer je weg!
- Ga weg!
- Weg!
- Wegwezen!
- Weg van hier!
- Maak dat je wegkomt!
- Opzij.
- Opschuiven.
- Loop weg!
- Maak dat jullie wegkomen.
- Maak dat u wegkomt!
- Ga weg hier.

A que distância está o museu daqui?

Hoe ver is het van hier naar het museum?

Daqui a uma semana estarei na Inglaterra.

Over een week ben ik in Engeland.

Daqui a quanto tempo este ônibus sairá?

Binnen hoeveel tijd zal die bus vertrekken?

Aí vem a polícia. Vamos sair daqui.

Daar komt de politie. Wegwezen hier.

Há alguma agência dos correios perto daqui?

Is er hier een postkantoor in de buurt?

Onde fica o banco mais perto daqui?

Waar is de dichtstbijzijnde bank?

Qual é a distância daqui para Boston?

Hoe ver is Boston hiervandaan?

- Retire-se!
- Vá embora!
- Fora!
- Suma daqui!

- Rot op!
- Scheer je weg!
- Ga weg!
- Hoepel op!
- Weg!
- Wegwezen!
- Weg van hier!
- Maak dat je wegkomt!
- Ga toch weg!

Quero sair daqui o mais rápido possível.

Ik wil hier zo snel mogelijk weg.

A estação fica a cinco quilômetros daqui.

Het station ligt vijf kilometer weg van hier.

A casa dele não fica longe daqui.

Zijn huis is niet ver van hier.

O correio fica a dois quilômetros daqui.

Het postkantoor is hier twee kilometer vandaan.

É a minha melhor hipótese de sair daqui.

Dat is de beste mogelijkheid om hier weg te komen.

O avião irá decolar daqui a uma hora.

Het vliegtuig zal over één uur vertrekken.

Vamos sair daqui antes que venha a polícia.

Laten we hier wegwezen voordat de politie komt.

Por favor, mova esta pedra daqui para lá.

Verplaats alsjeblieft deze steen van hier naar daar.

A bomba vai explodir daqui a trinta segundos.

De bom zal over dertig seconden ontploffen.

A casa dela fica a alguns quilômetros daqui.

Haar huis staat een paar kilometer hiervandaan.

Temos que sair daqui. O teto vai desabar!

We kunnen hier niet blijven. Het dak dreigt in te storten!

Onde fica o telefone público mais próximo daqui?

Waar is de dichtstbijzijnde telefooncel?

- Eu moro aqui perto.
- Eu moro perto daqui.

Ik woon hier in de buurt.

Daqui a uma semana, eu estarei na Inglaterra.

Over een week ben ik in Engeland.

Será que há também uma farmácia perto daqui?

Is hier ook een apotheek in de buurt?