Examples of using "Calar" in a sentence and their dutch translations:
Zou u alstublieft stil kunnen zijn?
Luister, zie en wees stil, en je zult in vrede zijn.
Waar men niet over kan spreken, moet men over zwijgen.
Tom, zou je kunnen zwijgen voor tien seconden?
Een mens heeft twee jaar nodig om te leren spreken en zestig jaar om te leren zwijgen.