Examples of using "Anel" in a sentence and their dutch translations:
Ik heb een ring.
Wat een mooie ring!
Is dat een ring?
Tom draagt een ring.
- Hé, waar is je ring?
- Hé, waar is uw ring?
De ring is van puur goud.
Haar verloofde gaf haar een heel grote ring.
Haar verloofde gaf haar een heel grote ring.
Die gouden ring behoorde toe aan mijn moeder.
Het is uit tussen ons. Geef me mijn ring terug!
De ring kon nergens gevonden worden.
De ring kon nergens gevonden worden.
Welke kleur heeft de uiterst rechtse ring op de olympische vlag?