Examples of using "Zabrać" in a sentence and their dutch translations:
Ik moet geld gaan halen.
- Ik moet geld gaan halen.
- Ik moet geld gaan pinnen.
die willen toch hun nachtkijker meenemen?
...tot de helikopter me extraheert.
De bus stopte om passagiers in te laten stappen.
Neem uw kinderen mee.
Ik zie Bear, maar ik denk niet dat ik hem kan bereiken.