Examples of using "Skończyć" in a sentence and their dutch translations:
- Hij zal morgen klaar zijn met de klus.
- Hij zal het werk morgen afhebben.
Het had een ongelooflijke interactie en vertrouwen kunnen opleveren.
Tom zal proberen het werk zo vroeg mogelijk af te krijgen.
Als ik niet met jou zou samenwerken, zou ik het werk niet op tijd afkrijgen.