Translation of "Miről" in Dutch

- Miről beszél?
- Miről beszélnek?

Waar hebt u het over?

Miről?

Waarover?

Miről beszélsz?

- Waar heb je het over?
- Waar praat je over?
- Waar hebt u het over?
- Waar praten jullie over?
- Wat bedoel je daarmee?

Miről írsz?

Waar schrijf je over?

Miről beszél?

Waarover heeft hij het?

Ő miről beszél?

Waar heeft ze het over?

Miről van szó?

Waar gaat het over?

Ön miről beszél?

Waar hebt u het over?

Miről beszélsz, te?

- Waar heb je het over?
- Waar praat je over?

Akkor miről is kellene?

waarover moet het dan wel gaan?

Fogalmam sincs, miről beszélsz.

Ik heb geen idee waar je het over hebt.

Egyáltalán miről van szó?

- Waarover gaat het?
- Waar gaat het over?

Miről van szó, Tomi?

Waar gaat dit over, Tom?

Nem tudom, miről beszélsz.

- Ik weet niet waar je het over hebt.
- Ik weet niet waar u het over hebt.
- Ik weet niet waar jullie het over hebben.

Miről van szó pontosan?

Waarover gaat het precies?

- Te meg miről... - Mindent tönkreteszel.

Wat doe... -Om alles te verpesten.

Miről szól ez a könyv?

Waar gaat dat boek over?

Vajon álmodik? Ha álmodik, miről álmodik?

Droomt ze? Als ze droomt, waar droomt ze dan van?

Szerintem te pontosan tudod, hogy miről beszélek.

Volgens mij weet jij precies wat ik bedoel.

- Miről szól a levél?
- Mi van a levélben?
- Mit írnak a levélben?
- Miről van szó a levélben?

Waar gaat de brief over?

Ugyan kicsi még, de már kezdi érteni, miről van szó.

Ze is jong, maar ze laat zien dat ze het begint te begrijpen.

- Fogalmam sincs, miről beszél.
- Nem tudom, miről beszélsz.
- Nem tudom, mire céloz.
- Nem tudom, mit akarsz ezzel.
- Nem értem, mire gondolsz.
- Nem értelek.

Ik weet niet wat je bedoelt.

- A falon keresztül hallom, hogy ezek mit beszélnek.
- A falon át hallom, miről beszélnek.

Ik hoor doorheen de muur wat zij zeggen.