Examples of using "Sorgen" in a sentence and their dutch translations:
Maak je geen zorgen.
- Beter kopen dan lenen!
- Die leent heeft schade of schande.
- Lenen kost geld!
Effen rekeningen maken goede vrienden.
koning Jozef."
Maak je geen zorgen.
Ik maak me zorgen.
Hij heeft geen zorgen.
Niemand is zonder zorgen.
Maak je geen zorgen, wees blij!
Dus moeten we er om geven,
- Ik maakte me zorgen.
- Ik was bezorgd.
Waar maak je je druk om?
- We maakten ons zorgen.
- We waren bezorgd.
Ik maak me heel veel zorgen om jou.
We maken ons veel zorgen om jou.
Maak je er geen zorgen over!
Je hoeft je geen zorgen daarover te maken.
Ik wil niet dat je je zorgen maakt.
Moet jij bijvoorbeeld erom geven?
- We maken ons zorgen om je.
- We maken ons zorgen om u.
- We maken ons zorgen om jullie.
Ik maak me zorgen over hem.
Maak je geen zorgen over ons.
Maak je geen zorgen, wees blij!
Waar ben je echt bezorgd over?
Maak je geen zorgen over mij.
We maakten ons geen zorgen.
Ik maak me daar geen zorgen over.
We moeten voor onze ouders zorgen.
Het heeft geen zin de zorgen te verdrinken in alcohol, want zorgen zijn goede zwemmers.
- Maak je geen zorgen over mij.
- Maak je geen zorgen om mij.
- Maak u maar geen zorgen over mij.
Zijn moeder maakt zich zorgen over hem.
Wees niet ongerust over de resultaten.
- Ze maakt zich zorgen over haar examens.
- Ze maakt zich zorgen over haar toetsen.
Je hoeft je geen zorgen daarover te maken.
Hij kan niet voor zichzelf zorgen.
Ze is bezorgd om haar gezondheid.
Ik ben heel bezorgd om haar!
We maken ons zorgen over uw gezondheid.
Ik heb me zorgen gemaakt over je gezondheid.
Ik maak me zorgen om je gezondheid.
Ik maak me zorgen over mijn toekomst.
Ik maakte me zorgen om haar veiligheid.
Je hoeft je geen zorgen daarover te maken.
Wie zal dan voor uw kat zorgen?
We hebben ons toch zoveel zorgen gemaakt!
Zij maakt zich zorgen om zijn gezondheid.
Ik maak me heel veel zorgen om jou.
Maak u geen zorgen om zoiets.
Maak je geen zorgen om mijn hond.
- Je hoeft je niet zorgen te maken over zoiets.
- Jij hoeft je niet zorgen te maken over zoiets.
- Je hoeft je niet over zoiets zorgen te maken.
- Jij hoeft je niet over zoiets zorgen te maken.
Moet de rest van de wereld zich daar iets van aantrekken?
...die warmte uitstralen en hem koel houden.
Maak je geen zorgen, ik ga alleen.
Ze maakt zich zorgen over zijn gezondheid.
- Maak je over zo'n bagatel geen zorgen.
- Maak je geen zorgen over zulke kleinigheid.
Haar zorgen maakten haar tien jaar ouder.
Ik maak me wat jou betreft geen zorgen.
Waar maak je je druk om?
Tom leek zich zorgen om mij te maken.
Je hoeft je geen zorgen te maken over zoiets.
Ik wil niet dat je je zorgen maakt.
Waarom is iedereen zo bezorgd om Tom?
We maken ons zorgen over opa en oma.
- Maak je geen zorgen.
- Maak je maar geen zorgen.
Ik heb me de hele dag zorgen over je gemaakt.
- Maak je geen zorgen.
- Maak je maar geen zorgen.
- Trek het je niet aan.
Om samen toezicht te houden op de gezondheid van de gletsjers;
Ik zou mij over deze zaken geen zorgen maken.
Maak u geen zorgen over zo een kleine moeilijkheid.
Maak u geen zorgen. Ik doe dat wel.
altijd bezorgd om voedsel
We geven ze een badkamer en water.
Maak u geen zorgen. Het is een veelvoorkomende fout.