Examples of using "Beurteilen" in a sentence and their dutch translations:
Ze konden mij niet beoordelen.
Je kunt iemand niet op zijn uiterlijk beoordelen.
De meeste mensen vellen direct een oordeel over nieuwe ideeën.
Beoordeel mensen niet op hun uiterlijk.
Je kunt iemand niet op zijn uiterlijk beoordelen.
Je kunt een boek niet op de kaft beoordelen.
Beoordeel niemand naargelang zijn kledij.