Translation of "Verbes" in Dutch

0.003 sec.

Examples of using "Verbes" in a sentence and their dutch translations:

Je n'aime pas apprendre les verbes irréguliers.

Ik hou niet van onregelmatige werkwoorden leren.

Je trouve très ennuyeux d'apprendre les verbes irréguliers.

Onregelmatige werkwoorden leren vind ik heel vervelend.

Y a-t-il des verbes irréguliers en espéranto ?

Bestaan er onregelmatige werkwoorden in het Esperanto?

En espéranto, les substantifs, adjectifs, adverbes et verbes indiquent, par leurs terminaisons, leur fonction dans la phrase.

In het Esperanto tonen zelfstandige en bijvoeglijke naamwoorden, bijwoorden en werkwoorden hun functie in een zin door hun uitgang.

Les Allemands ont une manière inhumaine de découper leurs verbes. Un verbe a de toutes façons déjà assez de mal en ce monde lorsqu'il est entier. C'est simplement inhumain de le diviser. Mais c'est précisément ce que les Allemands font. Ils prennent une partie d'un verbe, et le plantent là, comme un piquet, puis prennent l'autre partie et l'éloignent de l'autre côté, comme un autre piquet et ils pellettent simplement de l'allemand entre ces deux frontières.

Het is onmenselijk hoe de Duitsers hun werkwoorden in stukken snijden. Een werkwoord heeft het in deze wereld al moeilijk genoeg om in één stuk te blijven. Het is ronduit barbaars om het te splitsen. Maar dat is precies wat die Duitsers doen. Ze nemen een deel van een werkwoord en leggen het hier neer, als een staak, nemen vervolgens het andere deel van het werkwoord en leggen het, als een andere staak, ginder aan de overkant en tussen die twee limieten scheppen ze nog maar een hoop Duits.