Examples of using "œil" in a sentence and their dutch translations:
- Oog om oog en tand om tand.
- Oog om oog, tand om tand.
- Neem een kijkje.
- Kijk eens.
Kijk eens.
- Geloof je in het boze oog?
- Geloven jullie in het boze oog?
Ik zal ernaar kijken.
Mijn oog is opgezwollen.
Kijk eens naar dit.
- Geloof je in het boze oog?
- Geloven jullie in het boze oog?
Geloof je in het boze oog?
Ik heb een glazen oog.
Houd Tom in de gaten.
Kijk eens.
- Werp je even een blik op dat rapport?
- Werpt u even een blik op dit rapport?
Elk oog meet afstanden onafhankelijk op...
- Hou de tassen in de gaten.
- Houd de tassen in de gaten.
Mag ik er even een blik op werpen?
- Houd deze koffer in de gaten.
- Hou deze koffer in de gaten.
...of hier naar beneden. Laten we even kijken.
Je hebt een blauw oog.
Werpt u even een blik op dit rapport?
We gaan naar beneden en kijken... ...hoe het met de medicijnen is.
Wil je ernaar kijken?
Let op mijn valiezen.
Kijk eens naar deze.
Let op of er twee keuzemogelijkheden op je scherm verschijnen.
Ik ben zijn verslag aan het overlopen.
- Hij fronst bij de gedachte dat zijn vrouw geld verspilt.
- Hij ziet met lede ogen toe hoe zijn vrouw geld vergooit.
- We hebben het onderzocht.
- We hebben het eens nader bekeken.
Maar we moeten ook nieuw gedrag en rages in de gaten houden.
Wil je ernaar kijken?
Ik heb gekeken, maar niets gezien.
- Hij fronst bij de gedachte dat zijn vrouw geld verspilt.
- Hij ziet met lede ogen toe hoe zijn vrouw geld vergooit.