Examples of using "Heistä" in a sentence and their dutch translations:
Ik kocht ze elk een cadeau.
- Ik ken geen van beide.
- Ik ken geen van beiden.
Tom weet alles van hen.
Ik wil meer over hen weten.
Ze waren beiden niet aanwezig op de vergadering.
Ik had er wel over gehoord, maar ik had ze nog nooit gezien.
Hoeveel waren er?
Maria is de knapste van beiden.
Ik zal niemand over hen vertellen.
- Ik geef om hen beiden.
- Ik geef om hen allebei.
Ik weet alles over hen.
Als twee mensen altijd dezelfde mening hebben, is een van hen overbodig.