Examples of using "Longer" in a sentence and their dutch translations:
De dagen worden langer en langer.
Wacht nog een beetje.
Optimisten leven langer.
Ik heb geen honger meer.
Ik hou niet meer van je.
Tom heeft niet lang meer te leven.
In de lente worden de dagen langer.
Blijf wat langer.
Ik ben niet meer depressief.
Ik ben niet meer bang.
Plastieken dozen gaan langer mee.
Dat is niet langer zo.
Ik had langer kunnen wachten, denk ik.
Ik kan het niet langer volhouden.
In de lente worden de dagen langer.
De dagen zijn langer dan de nachten.
Ik hou niet meer van hem.
Ik kan dat niet langer doen.
Ik kan niet langer wachten.
Hij zal niet zo lang meer leven.
- Ze zal niet lang meer leven.
- Ze heeft niet lang meer te leven.
Hij is niet langer hier.
- Ik vind je niet meer leuk.
- Ik hou niet meer van je.
- Ik mag je niet langer.
We zijn niet jong meer.
Ik hou niet meer van hem.
Ik kan niet langer wachten.
De dagen zijn langer dan de nachten.
Het wordt niet meer gebruikt.
Tom kon niet langer wachten.
Tom werkt niet meer.
Ik ben hier niet langer nodig.
Ik leer geen Frans meer.
Hij woont hier niet meer.
Je bent niet langer gewoon een kind.
Vrouwen leven over het algemeen langer dan mannen.
Ik heb geen honger meer.
Ik woon niet meer in Australië.
Hoe lang gaat het nog duren?
was het geen rode taak meer.
was ik niet meer bang.
Hij is geen jongen meer.
Zijn arrogantie is niet langer te verdragen.
Vrouwen leven over het algemeen langer dan mannen.
Zij kon het niet langer verdragen.
Ik kan dit niet langer verdragen.
Ik kan het niet langer verdragen.
We zijn hier niet veilig meer.
In de lente worden de dagen langer.
- Zij is mijn vriendin niet meer.
- Zij is mijn vriend niet meer.
Hij is niet meer in me geïnteresseerd.
Hij is niet meer thuis.
- Ik ben er al veel langer.
- Ik ben hier al veel langer.
Tom zal niet meer heel lang blijven.
Ik geloof hem niet meer.
Hij woont hier niet meer.
Je hebt niet langer de leiding.
- Zij is mijn vriendin niet meer.
- Zij is mijn lief niet meer.
Het is niet meer te koop.
Ik woon niet meer in Boston.
Ik heb je hulp niet meer nodig.
Tom is niet langer in Australië.
Zij kon zich niet langer beheersen.
- Ik ben niet langer bang voor spinnen.
- Ik ben niet meer bang voor spinnen.
Hij kon zich niet langer beheersen.
Hij is hier niet meer welkom.
Kan je een beetje langer blijven?
Tom is hier langer geweest dan Mary.
- Ik kan niet meer wachten.
- Ik kan niet langer wachten.
- Ik kan niet meer wachten.
- Ik kan niet langer wachten.
Ik woon niet meer in Australië.
Ik kan deze herrie niet langer verdragen.
Hij woont hier niet meer.